Het afscheid was gezellig. Ze hadden ons een lied toegezongen in de kerk. En we gingen eten met de familie en vrienden. We woonden in Rehoboth. Wij sliepen in het berghok. Toen ging ik van een krukje afspringen en zo kwam ik in mijn bed terecht. Ik bedoel op mijn matras. We sliepen op een matras die nog lekkerder was dan die in ons ouwe huis! Hij was heel dik. Op vrijdag gingen we afscheid nemen op school. We kregen een puzzel met alle kinderen van de klas erop! En we mochten een foto uitpakken die voor de klas was. Zo kunnen we aan elkaar denken.
De dag erna gingen we vliegen! We vonden het heel spannend. Anne-Marie ging ook mee. Er gingen nog mensen zwaaien. Ik dacht dat ik heel hard in mijn stoel werd gedrukt tijdens het opstijgen, maar dat was niet zo. We moesten er tien uur zitten en toen we uit het vliegtuig stapten, gingen we naar een meneer en die meneer bracht ons naar een huis. En dat duurde twee uur. Toen waren we in Amerika!!! We waren heel moe, maar het was toch nog overdag. In Nederland was het al nacht.
Het is heel warm hier. En toen een keertje op zondag was de bliksem in de watertoren geslagen. Gelukkig is hij niet leeg, want het ging door de bliksemafleider. Wij gingen die zondag ook naar de kerk. En het regende keihard! Het regende echt pijpenstelen. Het was een korte dienst. Toen gingen we een rondje lopen over de campus. Er zijn echt veel huizen!
Op maandag gingen we voor het eerst naar school. En we gingen ook lekker zwemmen! Het zwembad is heel vlakbij. Er zijn hier twee meiden, die zijn Engels, maar het lijken net Nederlandsen. Ze spreken allemaal Engels op school en wij moeten die twee meiden Nederlands leren;-). De dag begint met: “Hello, good morning. Nice to meet you!” Het had toen weer geonweerd in de nacht. Maar nu scheen de zon heel fel en het was 38 graden.
We leren op school over Mercy Ships. Over allerlei verschillende mensen. Er was ook een jongen, met een kies die heel erg vies was. Ze hadden hem eruit getrokken. Dan wordt het kindje weer beter. Onze juffen heten: miss Iona, miss Martha, miss Remy.
Er zijn zeven kinderen in de klas.
Dinsdag gingen we naar de dierentuin in Tyler. We zagen slangen, olifanten, giraffen en papegaaien. We hadden een stokje, daar zaten pitjes aan. Daarmee konden we de vogeltjes voeren. Een vogeltje ging zelfs op Jonathans hand zitten.
In het huis is airco. Jonathan: “Ik heb een stapelbed! En Matthijs ligt in een gewoon bed.” Er zijn hier veel beesten. We hebben al twee keer een mooie kikker gezien. En een hagedis. Maar er zijn ook giftige dieren, zoals slangen. (We mogen daarom niet van het pad af!) Er zijn overal mierenhopen. Dat zijn rode hopen. Weet je hoe ze heten? Fire-ends. Die bijten keihard, dat hoor je wel aan de naam: Fire. Als je gebeten wordt, doet dat dus erg pijn. We moeten daarom altijd sokken aan en we mogen niet in het gras.
Gebedspunten: (door de kinderen zelf aangedragen)
- Er is een vrouw hier die niet veel sponsors heeft en daarom niet lang kan blijven. Willen jullie bidden voor sponsors voor haar?
- Dat het niet veel onweert of inslaat. (Het onweert hier veel en flink, waar ze bang van zijn.)
Ha iedereen,
Hierboven las u de kinderblog, maar ook nog een kort berichtje van ons allemaal. Zaterdag 15 juni zijn we aangekomen in Dallas, na een vlucht van tien uur. We hebben een bijzonder goede vlucht gehad. We werden opgepikt door Ed (van Mercy Ships) en hij bracht ons naar de campus in Lindale. Daar hebben wij als gezin twee kamers, die in het midden met elkaar verbonden zijn. Aan de overkant van de gang heeft Anne-Marie (nanny voor Maarten) haar eigen kamer. Het gaat goed met ons, ondanks de jetlag en volle programma. Daar later meer over! Over onze eerste week hier hebben de kinderen een blog geschreven. We hope you enjoyed it!
“De HEERE is uw Bewaarder, de HEERE is uw schaduw aan uw rechterhand. De zon zal u overdag niet steken, de maan niet in de nacht.” Psalm 121:5-6